Er is een veelheid aan externe invloeden en risico's die kunnen en soms moeten worden gedetecteerd omdat ze een risico voor het treinverkeer kunnen opleveren. Er zijn risico's die de veilige berijdbaarheid van een stuk spoor bedreigen, zoals treindefecten waardoor een trein kan onstporen. Heetlopers (warme aspotten) door defecte lagers, wiel en andere defecten, lading die zich buiten profiel bevindt, ongelijke belasting van assen en wielen. Een ontspoorde trein kan abrupt tot stilstand komen, kan binnen het PVR van een nevenspoor komen en door een andere trein aangereden worden etc.
Er zijn externe risico's die ontstaan door aardverschuivingen, overstromingen, onveilige situaties in tunnels etc. etc. Deze externe bedreigingen kunnen en worden vaak door technische systemen gedetecteerd. Ze worden traditioneel niet tot het seinwezen domein gerekend, maar kunnen wel worden geinterfaced met de rijwegbeveiliging en het treinbeheersingssysteem om naderende treinen te stoppen als het risico intreedt.
Lokale omstandigheden bepalen of een bepaald risico groot genoeg is om detectiesystemen aan te brengen. Als Nederlands voorbeeld kan worden verwezen naar de hotbox detectie systemen die op de HSL-Zuid en de Betuweroute zijn aangebracht. Tunneltechnische installaties in spoortunnels die al of niet op last van de brandweer worden aangebracht en winddetectoren op de Moerdijkbrug.
Aan de andere kant worden aardbevingsdetectoren in Nederland niet nodig geacht.

In een aantal gevallen kunnen de detectoren ook in of aan het materieel worden aangebracht en schrijft de TSI ze voor, zoals on board hotbox detectie in hogesnelheidstreinen (voor 190 km/h of sneller). Ook dan kan een treintype dat toegelaten was voor de TSI van kracht werd, al of niet in een overgangsregeling, er niet van voorzien zijn, zoals de Thalys op de HSL-Z, zodat de baan toch moet worden voorzien van hotbox detectie.

n toenemende mate worden dergelijke detectoren ook ingezet als onderdeel van asset management / asset bescherming door ProRail en Vervoerders, zoals in het Quo Vadis / Gotcha systeem.



Een korte, waarschijnlijk incomplete opsomming van risico categorieën en hun detectoren:

Milieu risico's
Branddetectie
Overstromingsdetectie
Ijzeldetectie
Zijwinddetectie
Seismische detectie

Inbreuk op het PVR, c.q. de spoorbaan
Detectie van vallende passagiers of objecten (op perrons)
Detectie van voertuigen en voorwerpen die van een viaduct of in een ingeving vallen
Detectie van spoorlopers

Trein defecten
Vaste remmen
Warme assen en aslagers
Detectie van ongelijke of stotende loop (ontsporing)
Detectie van hangende of slepende onderdelen (koppelingen)
Buiten PVR detectie (schurivende lading)
Treinintegriteit (afbrekende treindelen of wagons)
Eind van de trein detectie
Detectie van lekkende draag of geleidewielen (bij metro's die op rubber banden rijden)
Detectie van defecte of onterecht opstaande stroomafnemers
Detectie van stroomafname schoenen (materieel dat (ook) op derde rail systemen kan rijden)



Bronnen en links:
Signalisation et automatismes ferroviaires/Railway signalling and automation, Volume 1 hfdst 1.7 en functievervullers in Volume 2, hfdst 2.4

Laatste update: 19 mei 2023